28 APR, 2022 • Enquete
Enquête Oekraïne-oorlog: bedrijfsleven zwaar getroffen
De oorlog in Oekraïne lijkt ‘ver weg’ van Nederland, maar voor veel bedrijven is dat anders. Ruim 90 procent van de ondernemers ondervindt gevolgen van die oorlog en de sancties tegen Rusland en Belarus. En dan moet voor sommigen de grootste klap nog komen. Dat valt op te maken uit een enquête onder de leden van VNO-NCW en MKB-Nederland. ‘We hoopten na corona juist op herstel.’
‘De reisbranche was net aan het opkrabbelen na de grootste terugval aller tijden’, verzucht Ton Brinkman, voorzitter van de Vereniging van Kleinschalige Reisorganisaties. En dan dient de volgende crisis zich alweer aan, nu vanwege de oorlog in Oekraïne. Brinkman is een van de 46 branchedirecteuren die de enquête van VNO-NCW en MKB-Nederland invulden over de impact van de oorlog in Oekraïne en de sancties tegen Rusland en Belarus. Veel van de bij hen aangesloten bedrijven voelen de gevolgen van de oorlog in Oekraïne en de sancties tegen Rusland en Belarus. Maar liefst 60 procent van de leden die de enquête invulden gaf aan dat die impact groot is. Bij ongeveer een derde is de impact beperkt, maar ook daar worden bedrijven geconfronteerd met prijsstijgingen, grondstoffentekorten en meer. Er zijn dus maar weinig bedrijven waaraan deze nieuwe crisis voorbij gaat. En zelfs als ze niet direct geraakt worden, zijn de indirecte gevolgen goed merkbaar, stelt Roel de Graaf, managing director van brancheorganisatie Netherlands Maritime Technology. Door alle prijsstijgingen, materiaaltekorten en de grote onzekerheid merkt hij dat zijn leden nieuwe orders niet of heel moeizaam kunnen afsluiten. En dat terwijl zijn sector na de coronacrisis pas dit jaar weer herstel verwachtte.
Omzetten stagneren
Nu al zien de branchedirecteuren dat bij 60 procent van hun leden de omzetten stagneren. En ze verwachten dat dit er de komende drie maanden niet beter op wordt. Zo’n 26 procent verwacht zelfs dat de omzetten gaan dalen. Maar ‘eigenlijk is het antwoord overal: weet niet’, stelt Hedy van Opzeeland, directeur van de brancheorganisatie voor toeleveranciers aan de bouw Koninklijke Hibin. ‘We zien dat de prijzen van bouwmaterialen over de hele linie stijgen. Niet voor elk product in dezelfde mate, maar duidelijk is dat niemand weet wat de impact precies zal zijn.’ Terwijl er juist volle vaart gebouwd moet worden. En daar komt bij, stelt zij, de ‘beschikbaarheid van materiaal en mensen is sowieso alarmerend.’
Nauwelijks ruimte om te investeren
Wat de directeuren vooral zorgen baart, is dat de marges enorm onder druk staan en die zijn sowieso al niet overal even groot. 70 procent van de bedrijven ziet nauwelijks kans prijsstijgingen door te berekenen en 7 procent lukt dat zelfs helemaal niet. ‘Dit heeft direct invloed op de liquiditeit en de reserves’, meldt één van hen. Er wordt gevreesd dat investeringen worden uitgesteld, ook investeringen in verduurzaming en energiebesparingen. Het geld is er gewoonweg niet na de coronacrisis en bedrijven kijken tegen steeds legere orderboeken aan.
Enkele sectoren – waar de financiële ruimte er nog wel is – halen investeringen om energie te besparen of de afhankelijkheid van gas te beperken wel naar voren. Maar dat gaat om slechts 4 procent van de bedrijven.
Stijgende prijzen en tekorten
Meer dan de helft van de directeuren geeft aan dat hun leden ernstige problemen ervaren met de beschikbaarheid en levering van grond- en brandstoffen. Nog eens 24 procent heeft daar bescheiden problemen mee. Vooral de prijsstijging van energie speelt de bedrijven parten (32 procent), gevolgd door leverings- en beschikbaarheidstekorten van grondstoffen en halffabrikaten (29 procent). En ook daarvan stijgen de prijzen, wat bij ruim een kwart van de leden van branches tot problemen leidt.
De prijsstijgingen van energie, grondstoffen en halffabrikaten zijn fors te noemen. Meer dan de helft ziet de prijzen met 10 tot 50 procent stijgen. Een vijfde van de bedrijven ziet de energieprijzen zelfs met meer dan 50 procent stijgen. En wat voor energie geldt, geldt ook voor grondstoffen en halffabrikaten.
Gevolgen zijn groter dan je denkt
Oliën en vetten, graan, mais, kunstmest, verpakkingsmaterialen, hout, producten op basis van olie, metalen, aluminium, stortsteen, stookolie, halfgeleiders, elektronica, dakpannen, baksteen, tegels: er is aan van alles een gebrek. En dat kan vergaande gevolgen hebben, legt Olaf de Bruijn, directeur van RAI Vereniging uit. ‘Een ontbrekend onderdeel in een nieuw gebouwd kantoorpand kun je vaak later nog wel monteren. Maar dat kan niet als je voertuigen maakt. Die kun je pas afleveren als je alle onderdelen hebt.’ ‘Verplichtingen uit lopende contracten kunnen niet of moeilijk nagekomen worden door gebrek aan materialen, lange leveringstermijnen en/of (extreme) prijsstijgingen die niet gedekt worden vanuit de opdrachtgever’, vertelt Andrea Vollebregt van de Vereniging van Waterbouwers. ‘Met uitzondering van een paar positieve voorbeelden zien opdrachtgevers nog geen noodzaak contracten open te breken om gezamenlijk te zoeken naar oplossingen.’ Bovendien zijn opdrachtgevers nu voorzichtig met nieuwe aanbestedingen, waardoor de continuïteit van werk in gevaar komt, aldus Vollebregt. ‘Dit zal grote gevolgen hebben voor de vervanging, renovatie en het onderhoud van bijvoorbeeld waterwegen, sluizen en bruggen en maatregelen voor het landelijk watermanagement. Niet alleen voelt de sector dit direct, maar het heeft ook een effect op heel Nederland. De sector heeft daarom sterke behoefte aan duidelijke handelingskaders zodat het werk niet stagneert.’
Ook effecten verderop in de keten
Bij sommige sectoren is er dan ook nog de angst dat er gastekorten ontstaan en dat zij misschien tijdelijk hun productie moeten stopzetten. ‘Bij de overheid en met name het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, is er weinig gevoel bij de keteneffecten van het beperken of stopzetten van productielocaties in de voedingsketen’, stelt een van de branchedirecteuren. ‘Stilleggen van de productie leidt onvermijdelijk tot problemen verderop in de keten en uiteindelijk tot lege schappen in de supermarkt.’ Volgens de directeur spelen dit soort problemen ook bij andere sectoren en wordt onderschat hoe groot de problemen nog kunnen worden. De vraag is of overheden elders in Europa anders reageren en welke maatregelen zij nemen om hun eigen bedrijven op wat voor manier ook te steunen. Dat gebeurt binnenkort – voor zover nu bekend – in elk geval al in Duitsland (onder meer liquiditeitssteun, garantiestellingen, belastingvoordelen en leningen) Frankrijk (garantiestelling op leningen) en België. Nu dat dus elders wel gebeurt, levert dat een nieuwe dreun op voor Nederlandse bedrijven.
Op de hoogte blijven van onze beste artikelen? Schrijf je dan gratis in voor onze nieuwsbrief.
Grote verschillen per sectorVoor de bouw en de levensmiddelenindustrie is de impact van de oorlog in Oekraïne ende sancties het grootst. Al hun bedrijven worden hard geraakt, zo blijkt uit de enquête van VNO-NCW en MKB-Nederland. En geen van de bedrijven kan de prijsstijgingen door hogere energieprijzen en tekorten aan grondstoffen volledig doorberekenen aan de klant. De effecten op de omzetten zijn nu nog niet zo groot, maar de directeuren van branches zijn wel bang dat er de komende maanden omzetdalingen te zien zullen zijn en dat er (veel) minder ruimte is voor investeringen.
Nog geen grote effecten op werkgelegenheidVan de branchedirecteuren die de enquête van VNO-NCW en MKB-Nederland invulden geeft 91 procent aan dat de oorlog in Oekraïne en de sancties op dit moment nog geen invloed hebben op de werkgelegenheid bij aangesloten bedrijven. Voor de komende drie maanden verwacht 23 procent van hen wel dat er banen op het spel komen te staan, zij het nog in beperkte mate.
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Handig: de wekelijkse Forum-alert