Branchevereniging aan het woord: RAI Vereniging

Stuur ons een bericht


We proberen binnen 2 werkdagen te reageren.
Verder gelden deze spelregels.
Annuleren
? Contact
15-06-2023

In deze serie komen de brancheleden van MKB-Nederland en VNO-NCW aan het woord. Deze week Albie van Buel, managing director van RAI Vereniging Automotive Industry.

 

Vertel eens over uw branche(vereniging).

'Onze leden zijn bedrijven in de automotive toeleverings- en maakindustrie in Nederland. Wij vertegenwoordigen zo’n 220 leden, en behartigen voor onze achterban de belangen op internationaal en nationaal niveau. Naast zaken als lobby en wet- en regelgeving richten wij ons binnen de sectie Automotive Industry met name op innovaties en technologische ontwikkelingen in onze industrie. Welke ontwikkelingen zijn er en wat kunnen we daarmee in onze branche?'

 

Wat is uw achtergrond?

'Die ligt in de automotive industry. Ik heb 25 jaar gewerkt voor Volvo en Ford en heb daarbij ook lange tijd in het buitenland gewoond. Ik heb een aantal jaren in het managementteam van VolvoCars gezeten in Zweden. Later heb ik nog acht jaar in de windindustrie gewerkt bij Vestas in Denemarken. Sinds 2021 werk ik bij de RAI.'

 

Welke actuele kwesties en lobbypunten spelen er momenteel voor jullie?

'De grootste kwestie is de complexiteit van de transities waar we in zitten. Dan gaat het om duurzame mobiliteit, politieke transities en duurzame energie. In Nederland hebben wij in het kader van dat laatste de ‘automotive roadmap’ ontwikkeld. Die zijn we op het moment aan het actualiseren. In de roadmap kijken we naar hoe technologische ontwikkelingen – nieuwe  batterijtechnologie, nieuwe en alternatieve brandstoffen en digitalisatie van mobiliteit – kunnen bijdragen aan verduurzaming.

Nederland streeft naar een industrie die voor 60 procent CO2-neutraal is in 2030. Dat ondersteunen wij, maar we vinden dat er meer aandacht moet komen voor alternatieve brandstoffen zoals waterstof. Op dit moment ligt de nadruk erg op nieuwe batterijtechnologie. Met name voor het zware vrachtwagenverkeer op de lange afstanden denken we dat alternatieve brandstoffen een grotere rol kunnen en moeten spelen.

Dat heeft ook gevolgen voor de werkgelegenheid in de automotive industry op de langere termijn. Bij een overstap naar waterstof en andere alternatieve brandstoffen hebben we de stem van de overheid nodig om het behoud van deze industrie te waarborgen in Nederland. Hoe kunnen we dat structureel het beste doen samen met bedrijven? Daar zijn we ook mee bezig.'

 

Hoe ziet u de toekomst van jullie branche?

'Een uitdaging is het inpassen van nieuwe technologie in de branche. We moeten goed blijven samenwerken met bedrijven, overheid en kennisinstellingen om ervoor te zorgen dat innovatie ook echt in de praktijk wordt ingezet. Als we dat doen kan Nederland op termijn een mooi voorbeeld zijn voor andere landen. We hebben nu de kans om ons goed positioneren als best practice op dit gebied.'

 

En van de branchevereniging?

'Als RAI gaan we over alle vormen van mobiliteit: van scooters tot vrachtverkeer tot personenauto’s. Dat geeft ons een goede, belangrijke positie in Nederland. Samenwerking op Europees niveau wordt met name belangrijker. We zijn daarom lid van CLEPA, de Europese koepelorganisatie voor de automotive toeleveringsindustrie en ACEA, de belangenorganisatie van voertuigfabrikanten in Europa. Zodat we ook daar onze positie versterken, dicht bij het Europees parlement. In samenwerking rollen we daar onze lobby uit, bijvoorbeeld als het gaat om CO2-vraagstukken en circulariteit.'

 

Waarom zijn jullie lid van VNO-NCW?

'De verbinding met de overheid is belangrijk. We hebben een hele grote achterban, het hele scala aan mobiliteit valt onder ons. We kunnen dus niet zonder een organisatie als VNO-NCW. Wat daar ontwikkeld wordt, is voor ons van belang.'

 

Met welke branchedirecteur zou u weleens een dagje willen ruilen en waarom?

'Vanuit mijn persoonlijke interesse zou ik kiezen voor de NAG, de branchevereniging van de luchtvaartindustrie. Vanuit mijn professie zou ik wel willen ruilen met een vereniging in de energiewereld. Daar liggen uitdagingen waarmee wij in onze branche ook te maken hebben.'