13 JUN, 2023 • Meer informatie

Toespraak voorzitter Jacco Vonhof MKB-jaarcongres 2023

Ondernemen. In mijn ogen het mooiste dat er is. Iets voor jezelf beginnen, je ziel en zaligheid erin leggen en iets moois zien opbloeien waarmee je iets tóevoegt. Ik heb ook de afgelopen weken weer veel ondernemers bezocht en gesproken. De vindingrijkheid, flexibiliteit en drive van ondernemers, het maakt me steeds weer trots.

 

Maar: is ondernemen anno 2023 nog wel zo leuk? Ik hoor vaker om me heen van ondernemers die er niet zo veel zin meer in hebben. Waar de lust en ambitie er een beetje uit zijn. Terwijl we ondernemerschap, de krácht van ondernemers, juist zo nodig hebben. Ondernemers staan voor enorme uitdagingen: krappe arbeidsmarkt, absorberen van nieuwe technieken, duurzamer produceren. Past mijn business model nog wel?

 

Ondertussen versomberen de economische vooruitzichten; oplopende rente, hogere kosten, sommige ondernemers met nog altijd (corona)schulden.

 

Ondernemers willen vooruit

Ondernemers willen van nature vooruit, willen investeren, verduurzamen, bouwen aan de toekomst van hun bedrijf, aan onze welvaart en met oplossingen komen voor alle grote opgaven.

 

Maar de omstandigheden waarin ze dat nu moeten doen, voelen als een knellend corset. Alles is lastig, ingewikkeld en duur en wet- en regelgeving blijven zich maar stapelen. Het is allemaal weinig stimulerend en het handelingsperspectief ontbreekt te vaak.

 

Wat ondernemers nodig hebben is ruimte – ruimte om de goede dingen te doen.

 

Dat begint met vertrouwen

Dat begint met vertrouwen. De politiek vertrouwt de samenleving echter niet meer en haar ondernemers nog minder. Dan zien we terug in wet- en regelgeving, in debatten. Het wérkt ook niet, al die doorgeslagen en op wantrouwen gestoelde wet- en regelgeving. Neem de WWFT: tienduizenden compliance officers bij de banken om witwassen tegen te gaan, maar hoeveel extra boeven worden hier nu echt méér mee gepakt? En ondertussen zijn het mijn leden die er last van hebben.

 

Ik heb eerder gezegd dat we in dit land drastisch moeten ontregelen, omdat we alles te complex hebben gemaakt. Terug naar de basis, waarom deden het ook alweer. Maar dat kan alleen als we met elkaar omgaan op basis ván vertrouwen en uitgaan ván vertrouwen.

 

Geef het goede voorbeeld

Dus kabinet, meneer Rutte, geef het goede voorbeeld: Heb het geloof en het vertrouwen dat ondernemers intrinsiek het goede (willen) doen. Maak geen regels meer voor de kleine minderheid die iets fout doet, maar focus op de overgrote meerderheid die het goed doet. Vertrouwen vergt een overheid die echt kijkt naar wat wij als ondernemers nodig hebben.

 

Die heldere doelen stelt en keuzes maakt, betrouwbaar en voorspelbaar is. Daar horen normen en kaders bij, maar de invulling: laat die nou bij ondernemers.

 

En vertrouwen is natuurlijk nooit vrijblijvend. Bij high trust hoort ook high penalty. Wie bewust buiten de lijntjes kleurt, mag daar ook hard op worden afgerekend.

 

Ook ruimte voor groei

Ruimte om te ondernemen betekent ook ruimte voor groei. Maar winst en groei, het zijn tegenwoordig bijna vieze woorden.

 

Er wordt al gesproken – en niet eens door de minsten – over degrowth. Alsof dát de oplossing voor al onze problemen zou zijn. Ik snap wel waar het vandaan komt, maar kennelijk ontbreekt ook hier het vertrouwen dat we het beter en slimmer kunnen. Nederland als oplossingenfabriek voor bijvoorbeeld slimme verduurzaming: ik gelóóf daarin. Je kunt bepaalde industrie hier laten verdwijnen, maar doe niet alsof de wereld bij de Nederlandse grens eindigt. Met 18 miljoen inwoners maken wij met ons gedrag wereldwijd niet het verschil. Onze ondernemers kunnen dat met hun schonere en slimmere oplossingen wél.

 

Praten over degrowth heeft ook iets elitairs. We hebben het kennelijk zo goed dat het wel een onsje minder kan. Maar het zijn wel de have’s die het roepen. Géén groei is géén optie. Groei is ook nooit een doel op zich, maar een ‘middel’ om zaken vooruit te brengen. Ondernemers hebben gezonde groei en winst nodig.

 

Geen groei betekent economische stilstand

Geen groei betekent ook economische stilstand. Geen oplossingen. Geen innovatie. Geen welvaart. Het gaat om ándere groei, verantwoorde en toekomstbestendige groei.

 

Nederland moet een schone, gezonde en concurrerende economie blijven, met kansen, mogelijkheden en stimulansen voor ondernemerschap.

 

Daar is wel wat voor nodig. Want ons land is op veel terreinen in transitie en bestaande systemen passen niet meer. Ik realiseer me goed dat veel van wat ik zou willen, daarom niet van vandaag op morgen te regelen is. Maar het moet tussen de oren komen dat het ánders moet. En het kabinet kan alvast een begin maken.

 

De nodige ideeën voor

Daar hebben we de nodige ideeën voor en @premier Rutte, die krijgt u straks netjes uitgeprint mee. Zonder volledig te zijn noem ik een paar dingen.

 

Ik vind dat ons fiscale stelsel te weinig aansluit bij maatschappelijk relevante doelen en investeringen onvoldoende faciliteert. Als regelingen precies doen waarvoor ze bedoeld zijn en ondernemers máken daar goed gebruik van, houd ze dan in stand, ga niet korten. Liever nog: breid ze uit. Ik heb het dan bv over de EIA, de MIA, de WBSO en de VAMIL.

 

En maak het simpel: breng op termijn alle regelingen voor verduurzaming onder in één overzichtelijke regeling die voor élke ondernemer makkelijk is aan te vragen. Wat we in de fiscaliteit ook nodig hebben, is stabiliteit, voorspelbaarheid en investeringszekerheid. Geen gejojo met tarieven en géén verdere lastenverzwaringen meer. Het is wel even mooi zo.

 

Volop bezig met verduurzaming

Ondernemers zijn volop bezig met verduurzaming, maar we hebben nog veel te doen. Ga dan niet de belasting op gas verhogen; dat onzalige plan moet in de augustusbesluitvorming van tafel. Het geeft ook geen enkele zin zolang ondernemers helemaal niet van het gas af kúnnen. Je behaalt er nul winst mee voor het klimaat, je verhoogt alleen plat de lasten – opnieuw – en je bepérkt de investeringsruimte. Het is bovendien funest voor het draagvlak.

 

We moeten in de doe-stand: de randvoorwaarden op orde brengen – zoals het aanpakken van netcongestie en de inzet op waterstof – is prioriteit één. Niet beleid op beleid blijven stapelen, maar aan de slag, uitvoeren. Pak dóór met ontzorgen van het mkb en geef handelingsperspectief.

 

Voorbeeld. We gaan straks in circa 30 gemeenten naar zero emissiezones, maar wat moet het onderhoudsbedrijf doen dat net nieuwe bussen heeft aangeschaft die in 2025 nog niet zijn afgeschreven? Of wat als elektrisch qua actieradius of snellaadcapaciteit nog geen (betaalbaar) alternatief is? Krijgen ondernemers dan ontheffing? Is daar over nagedacht? Nogmaals: handelingsperspectief!

 

De enorme hoeveelheid regels

Dan kijk ik naar Europa. Urgent is wat mij betreft de enorme hoeveelheid regels op het gebied van Environment, Social & Government (ESG) die vanuit Brussel op ons afkomen. En veel ondernemers zien dat helemaal niet aankomen. Vaak gelden voor het mkb uitzonderingen, maar het mkb krijgt er in de ketens even goed mee te maken. Daar moeten we in Nederland op voorbereid zijn. Ga nu al aan de slag met een mkb-vriendelijk implementatieplan, zodat het voor ondernemers straks te doen is.

 

Verder moet de vervolmaking van de interne markt weer topprioriteit worden. Te veel belemmeringen zitten ons daar nog in de weg. Of het nu gaat over afval en circulariteit of over grenswerkers. Wij zijn met de Benelux Unie onder leiding van Frans Weekers in gesprek om een aantal van die problemen eerst op Benelux-niveau aan te pakken. Als eerste stap.

 

Dan kom ik bij de arbeidsmarkt. Ook daar is een transitie aan de gang. De arbeidsmarkt is krapper dan ooit. We moeten als werkgevers verdomd goed ons best doen mensen aan te trekken én aan ons te binden.

 

Aandacht voor mensen in alle opzichten

Goed werkgeverschap is cruciaal. En nee, dat stimuleer je niet met wetgeving die ondernemers verplicht op papier vast te leggen hoe zij discriminatie bij werving en selectie voorkomen. Met goed bedoel ik: aandacht voor je mensen, in alle opzichten, voor diversiteit en inclusie.

 

Bij goed werkgeverschap hoort uiteraard goed en eerlijk belonen. Het WML is fors verhoogd en cao-lonen stijgen harder dan in decennia, met een gemiddelde van ruim 8 procent vorige maand. Waar het kán doen we het goede, maar we moeten de kerk wel een beetje in het midden houden. Dat we niet onbedoeld zo de inflatie verder aanwakkeren.

 

De discussie gaat steeds over winsten en lonen, maar ik hoor niemand ooit over de werkgeverslasten. Die zien we met name in arbeidsintensieve sectoren hard oplopen en dat is het gevolg van overheidsbeleid.

 

En als je als goed werkgever je mensen extra wil belonen, waarom moet de fiscus daar bijna meer aan overhouden dan de werknemer zelf?

 

We zijn met de arbeidsmarkt nog lang niet klaar

Het SER-advies over de arbeidsmarkt van twee jaar geleden wordt nu uitgewerkt in wetgeving en dat is goed. Maar daarmee kijken we vooral achteruit in plaats van vooruit. We zijn met die arbeidsmarkt nog lang niet klaar.

 

Hoe gaan we nu verder: met de vergrijzing, de toenemende vraag vanuit de zorg, de beroepsbevolking die steeds kleiner wordt en verandert? Met veel jongere mensen die vaak heel andere wensen en verwachtingen hebben ten aanzien van werk en de combinatie met privé. Die willen juist hun vrijheid en flexibiliteit en kiezen vaak voor dat zzp-schap, dat anderen juist willen bestrijden.

 

Dingen veranderen. AI (aa-ie) en andere technologische ontwikkelingen gaan ook hun effecten hebben.

 

Dáárover wil ik met het kabinet en de vakbeweging op korte termijn om de tafel. Om los van al het bestaande te bezien wat er nodig is voor de arbeidsmarkt van de toekomst die functioneert voor iedereen.

 

Als we níet verder vooruitkijken en onze systemen daarvoor klaarmaken, dan willen werknemers straks geen werknemer meer zijn en werkgevers geen werkgever. Want werkgeverschap, met álle verplichtingen en verantwoordelijkheden die daarbij horen, is vaak niet meer leuk.

 

Maak werken en méér werken aantrekkelijker

Op korte termijn is belangrijk dat we het arbeidspotentieel dat we in Nederland nog hebben, beter benutten. Maak werken en méér werken nu écht aantrekkelijker. Dat mes snijdt aan twee kanten: zo ontstaat ook meteen een gelijkere rolverdeling tussen vrouwen en mannen, met meer economische zelfstandigheid voor vrouwen. Op dit punt kan het kabinet in het Belastingplan voor volgend jaar al stappen zetten.

 

De Chinese wijsgeer Confucius zei het een halve eeuw vóór Christus al: Het beste moment om een boom te planten is 10 jaar gelden. Het op één na beste moment is nú. Ondernemers zijn doeners. Laten we daar wat van leren, ook hier in Den Haag. Niet meer plannen, áán de bak.

 

Premier Rutte, als u goed heeft geluisterd dan weet u dat ik u net iets heb beloofd. En dat wil ik u nu graag overhandigen.

 

Download hier de brochure

mkbjaarcongres