Branchevereniging aan het woord: Kartoflex

In deze serie komen de brancheleden van VNO-NCW en MKB-Nederland aan het woord. Deze week: algemeen secretaris Hans van Schaik van Koninklijke Kartoflex, de branchevereniging van Nederlandse fabrikanten van kartonnages en flexibele verpakkingen.

 

Wat is er te vertellen over uw branche?

‘Wij zijn de werkgeversorganisatie van producenten van papieren, kartonnen en folieverpakkingen. Vaak voor voedsel, denk aan drankkartonnen en papieren frietzakjes, maar ook voor non-food zoals cadeaupapier en omdozen voor transport.
Kartoflex heeft ongeveer 100 leden. Soms onderdelen van grote Nederlandse en buitenlandse concerns, maar ook familiebedrijven. We regelen allerlei zaken rond de werknemer zoals cao en pensioen, een uitgebreid arbo-arrangement en een Ri&E. Verder vervullen we een netwerkfunctie, met community’s voor HR- en arbomedewerkers en overleggen met directeuren. We hebben zelf geen mensen in dienst. Mijn vier collega’s en ik zijn langdurig gedetacheerd door Lejeune in Den Haag, een organisatie die is gespecialiseerd in brancheverenigingsmanagement.’

 

Wat houdt jullie op het moment bezig?

‘We hebben net een campagne over het voorkomen van handletsel opgezet, samen met de papier- en golfkartonindustrie.

Sinds dit jaar is het nieuwste initiatief om ons meer te gaan inzetten om de doelstelling van CO2-reductie in 2030 te halen. Elk bedrijf heeft zijn eigen producten en markt en draagt op zijn eigen manier, in zijn eigen tempo bij. Maar we sturen het collectief aan om ook als branche stappen te zetten om verder te vergroenen.

Kartoflex is vanouds vooral een businessclub die achter de schermen opereert. We treden de laatste tijd meer naar buiten, al hoeven we niet steeds in de krant. Als we maar bekend zijn bij de bedrijven en stakeholders in en buiten de sector.’

 

Welke lobbypunten zijn er?

‘We zijn niet een heel politieke organisatie en voeren geen continue lobby, alleen op bepaalde dossiers. Vaak in kongsi met andere partijen. Soms vallen we terug op organisaties die lobbyen voor een bepaald materiaal. Daar hebben we zelf geen specifieke rol in, want we gebruiken een breed palet aan materialen. We ondernemen nu wel actie in verband met de single-use plastic directive voor Nederland. Die beperkt het gebruik van bijvoorbeeld koffiebekertjes. In de beleidsplannen zou een bekertje na recycling weer per se als een bekertje moeten terugkomen. Dat staat haaks op de beproefde systematiek waarin gerecyclede grondstoffen voor meerdere toepassingen ingezet kunnen worden.’

 

Hoe lang bent u al algemeen secretaris en wat is uw achtergrond?

‘Ik zit hier al zestien jaar. Ik studeerde bedrijfs- en sociaaleconomisch recht, met een focus op het snijvlak van overheid en bedrijfsleven. Daarna was ik elf jaar in dienst bij vervoersorganisatie KNV en korte tijd bij kappersbranche ANKO. Bij Lejeune werk ik sinds dag één voor Kartoflex. Daarnaast ook voor andere werkgeversorganisaties, maar aan Kartoflex heb ik zeker mijn hart verpand.’

 

Waarom zijn jullie lid van MKB-Nederland?

‘We gebruiken we het lidmaatschap vooral om op de hoogte te blijven van (inter)nationale ontwikkelingen. We hebben de lobbymogelijkheden van MKB-Nederland op de radar en als we iets nodig hebben weten we de juiste wegen te bewandelen. Bij de cao-onderhandelingen tappen we specifieke deskundigheid van AWVN af via een vaste adviseur die ook onze sector kent.’

 

Hoe ziet u de toekomst van uw branche?

‘Dat is moeilijk te voorspellen en kan variëren voor verschillende bedrijven. Zo was corona voor de vraag naar voedselverpakkingen gunstig, maar partijen die leverden aan de maakindustrie, hadden het zwaar. We hebben nu de wind mee, er is veel vraag naar goede verpakkingen. Onze leden innoveren en gaan mee met ontwikkelingen in de markt. Er zijn zeker wel zorgen voor de toekomst. Problemen als grondstoftekorten en stijgende energieprijzen gaan onze deur helaas niet voorbij. Maar mensen blijven eten: voedsel moet vervoerd en goed verpakt worden. Er blijft altijd een rol voor onze achterban.

Met de branchevereniging gaat het goed. We bleven onze leden in de coronatijd goed bereiken met digitale bijeenkomsten. Het ledental neemt zelfs langzaam toe. Zo worden er bedrijven lid vanwege ons arbo-arrangement. En er komt wat meer dreiging op ondernemers af, dan willen ze samen in een club zitten om te praten met vakgenoten. Samen sterk.’

 

Met welke branchedirecteur zou u wel eens een dagje willen ruilen?

‘Met Peter Niesink van BOVAG. Hij heeft het onder meer bij de MalieAcademy steeds over de ondernemende brancheorganisatie die meer doet dan ledenservice en ondernemende activiteiten optuigt. Ondernemerschap trekt me ook, dus ik zou wel eens willen meemaken hoe je dat in de praktijk brengt.’