16 MRT, 2021 • Nieuws
Halvering betaaltermijn hard nodig voor cash in mkb
MKB-Nederland is blij dat de wettelijke betaaltermijn voor grote bedrijven aan het mkb wordt gehalveerd naar 30 dagen. De organisatie heeft daar een lange lobby voor gevoerd. Een kortere betaaltermijn is namelijk beter voor de liquiditeitspositie van kleinere bedrijven en ook voor hun doorgaans zwakkere onderhandelingsstatus. ‘Gewoon op tijd je geld krijgen is voor ondernemers ontzettend belangrijk, en juist nu’, zegt voorzitter Jacco Vonhof.
Betaaltermijn dicht gat in financiering
Staatssecretaris Mona Keijzer (CDA) en minister Sander Dekker (VVD) hebben vandaag het wetsvoorstel voor de verkorte betaaltermijn naar de Tweede Kamer gestuurd. Volgens Keijzer draagt een betaaltermijn van 30 dagen voor grote bedrijven bij aan het dempen van een financieringsgat bij het mkb van liefst 55 miljard euro.
Cash keihard nodig
Onderzoeken laten al jaren zien dat kleine en middelgrote ondernemers die aan het grootbedrijf leveren, steeds later worden betaald in plaats van eerder. ‘En dat wordt erger als het economisch minder gaat’, zegt Vonhof. ‘Grote bedrijven bepalen wanneer zij betalen en rekken de betaaltermijnen op. Dat gebeurt in deze coronacrisis ook weer, dat ze hun kleinere toeleveranciers zo als bank gebruiken. Daar krijgen we echt de nodige klachten over. Die kleinere bedrijven zijn niet bij machte daar iets aan te doen, terwijl ze cash juist keihard nodig hebben om overeind te blijven.’
Afhankelijkheid neemt toe
Ook het ministerie van EZK herkent dat de huidige economische situatie de afhankelijkheid van mkb ten aanzien van het grootbedrijf verder versterkt. Uit cijfers van het ministerie van begin vorig jaar blijkt dat 11 procent van de mkb-ondernemers een langere betaaltermijn heeft geaccepteerd dan waar zij zich prettig bij voelden.
Voortvarend behandelen
Vonhof: ‘Dan gaat het om 50.000 bedrijven die zo dus verder in de problemen komen. Het is daarom goed dat die betaaltermijn nu eindelijk wettelijk wordt verkort. We hebben lang op dit wetsvoorstel moeten wachten. Ik reken erop dat de Tweede Kamer het straks met voortvarendheid zal behandelen en aannemen.’