Coulance bij re-integratie zieke werknemer

Stuur ons een bericht


We proberen binnen 2 werkdagen te reageren.
Verder gelden deze spelregels.
Annuleren
? Contact
08-04-2020

Mede als gevolg van de coronacrisis heeft UWV een addendum aan de werkwijzer Wet poortwachter toegevoegd. Daarin staat dat er bij ziekte van een werknemer er wel een toets moet worden uitgevoerd op het re-integratieverslag dat de werkgever moet opstellen, zoals altijd. Maar dat daar coulant mee om wordt gegaan door het UWV en dat maatwerk mogelijk is.

 

Een werkgever is vanuit de Wet Poortwachter verplicht tot bepaalde inspanningen om de werknemer te re-integreren. Deze moeten worden opgetekend in het re-integratieverslag (RIV). Komt hij deze verplichtingen niet na, dan kan UWV een extra loondoorbetalingsverplichting opstellen van maximaal 52 weken.

 

Bijzondere omstandigheden

Door de coronacrisis kan het echter zo zijn dat er bijzondere omstandigheden zijn waardoor de werkgever niet alle inspanningen kan doen. In dat geval luidt de nieuwe richtlijn dat vastgesteld moet worden of naar alle redelijkheid er voldoende aan re-integratie is gedaan, en of de verwachte procesgang gevolgd is of niet. Dit geldt zowel voor de situatie bij einde dienstverband als werkgevers die eigen risicodrager zijn voor de loondoorbetaling bij ziekte. UWV zegt maatwerk te leveren. Arbeidsdeskundigen, verzekeringsartsen en ondersteunende disciplines zullen hier ook aan mee moeten werken.

 

Wat houdt maatwerk in

De werkgever: moet beschrijven hoe de situatie in zijn bedrijf als gevolg van Covid-19 van invloed is (geweest) op het re-integratieproces of het herstel hiervan. Informatie kan elektronisch worden uitgewisseld. Maar fysieke handtekeningen zijn niet nodig. Dit moet in principe binnen de huidige termijn van 5 werkdagen. Dreigt deze te worden overschreden, bijvoorbeeld omdat vanwege bedrijfssluiting de werkgever moeilijk bereikbaar is voor extra informatie, dan is er ruimte voor coulance.

 

De arbeidsdeskundige: moet beoordelen of de redenatie van de werkgever dat er voldoende re-integratie-inspanningen zijn genomen 'plausibel en overtuigend' is. Contacten en onderzoeken vinden telefonisch plaats en worden zo nodig in een later stadium fysiek aan- of ingevuld. Dit is van belang voor het wel of niet opleggen van een loonsanctie (verplichting tot maximaal 52 weken het loon door te betalen).

 

De verzekeringsarts: moet bij doorverwijzing met beperkte onderzoeksmiddelen, bijvoorbeeld een telefonisch spreekuur, voldoende informatie verzamelen of de beoordeling van de belastbaarheid die de bedrijfsarts heeft opgesteld gevolgd kan worden of niet. Als dit alleen met een fysiek onderzoek is vast te stellen, dan is het oordeel van de bedrijfsarts leidend.

 

De procesbegeleider en teamondersteuner: moeten toetsen of het RIV compleet is, of dat het ontbreken van bepaalde documenten vanwege de coronamaatregelen acceptabel is.

Van belang bij dit alles is om ook aandacht te houden voor de positie van de werknemer.

 

Deugdelijke grond

UWV heeft een aantal situaties beschreven rondom Covid-19 die van invloed kunnen zijn op de re-integratie-inspanningen van de werkgever; deugdelijke gronden. In dat geval zal er geen loonsanctie worden opgelegd. De werkgever moet in het RIV motiveren waarom en gedurende welke periode.

 

Wel deugdelijke grond:

  1. Verplichte bedrijfssluiting.
  2. Geen uitvoering kunnen geven aan (onderdelen van) een traject 2e spoor, zoals proefplaatsing/bedrijfssluiting nieuwe werkgever, uitvoeren van vrijwilligerswerk/opdoen arbeidsritme, niet beschikken over voldoende digitale vaardigheden voor begeleiding op afstand.
  3. Fysiek niet kunnen uitvoeren van passend werk, bijvoorbeeld door vermindering werkaanbod werkgever of het niet meer kunnen realiseren van voldoende ondersteuning op werkplek door een opgelegde Covid-19-maatregel.

Geen deugdelijke grond

  1. Onvoldoende onderzoek in spoor 1; dit kan 'gewoon' alsnog worden uitgevoerd.
  2. Spoor 2 kan in principe zoveel mogelijk worden voortgezet. Re-integratiebureaus kunnen hun dienstverlening in veel gevallen ook op afstand organiseren.
  3. Dreigende betalingsonmacht. Re-integratieverplichtingen en loondoorbetaling blijven ook dan overeind. Via de NOW-regeling kan de werkgever voor tot maximaal 90% van de loonkosten compensatie krijgen. En dankzij overheidsgaranties is het ook mogelijk een bedrijfskrediet af te sluiten voor kosten van onder andere arbeidsdeskundig onderzoek.

Beoordelen bekortingsverzoek

UWV adviseert werkgevers om een gemotiveerd verzoek in te dienen om de periode van loonsanctie in te korten (bekortingsverzoek) als hij het niet eens is met de beoordeling. Dat zal op bovenstaande gronden worden beoordeeld.

 

Landelijke Loonsanctie Commissie

De Landelijke Loonsanctie Commissie (LLC) toetst vooraf of loondoorbetalingsverplichting past binnen de grenzen van de redelijkheid, of deze voldoende beargumenteerd is, of voldaan is aan verplichte procedures als hoor-en wederhoor én de redelijkheid in relatie tot Covid-19. Vanaf 1 april 2020 wordt dit geregistreerd.

 

Kijk op de website van UWV voor een uitgebreidere uitleg.