Zo zien ondernemers een duurzame(r) toekomst

Het nieuwe Nederland is er één van duurzaamheid, inclusiviteit en ai. Hoe is dat bij ondernemers geregeld? En hoe zien zij de toekomst van hun sector? We vroegen het ons panel.

‘Op de fiets naar congres’

Caroline van Reenen | Hoezo! | Heemstede
‘Bij de congressen die we organiseren letten we altijd op inclusiviteit. Dus niet alleen witte mannen op het podium. Voor de catering schakelen we het Leger des Heils in, en de lekkerste koffie wordt verzorgd door barista’s met een gehoorbeperking van de Sign Language Bar. We proberen locaties te kiezen die in de buurt van een station liggen. Of we zetten busjes of zelfs fietsen in om congresgangers te vervoeren. We hebben ook wel eens geprobeerd om carpoolen uit te lokken, maar mensen hebben dat reismoment liever voor zichzelf. De behoefte om fysiek samen te komen en te netwerken blijft ook in de toekomst bestaan. Het is misschien nog wel belangrijker dan voorheen nu er meer thuis wordt gewerkt. Wel bieden we congressen vaker hybride aan. Maar inspiratie opdoen of een netwerk opbouwen via Teams is echt lastiger.’

‘Ai kan bedreiging voor werk zijn’

Sebas van den Brink | Grafisch design | Groningen
‘De toekomst in mijn sector draait vooral om ai. Ik kan het als een dreiging zien. Potentiële opdrachtgevers kunnen denken: ik maak zelf wel even een plaatje met ai. Maar er wordt vergeten dat ai alleen herkauwt wat al gemaakt is. Ik kan ai ook zien als een nieuw stuk gereedschap. Het uitknippen van een plaatje gaat met ai veel sneller dan het handmatige werk vroeger, met Photoshop. Ik merk bij collega’s in de creatieve sector dat ze al opdrachten kwijtraken. Zoals een vertaler van medische bijsluiters. Met vertalen door ai mis je de nuances in talen, en die zijn best belangrijk in bijsluiters. Ik heb liever dat ai wordt toegepast om bijvoorbeeld de werklast in de zorg te verlichten, en niet in de creatieve sector.’

‘Toekomst is al begonnen’

Aletta Nieuwenhuijs-Berbee | Kwekerij Ludwig & Co | Voorhout
‘Enkele jaren geleden zijn wij begonnen met het ontwikkelen van amaryllissen die buiten kunnen worden geteeld. Traditioneel gebeurt dit in de kas, maar door onze aanpak besparen we enorm op energieverbruik. In plaats van zelf te kweken, leggen we ons nu toe op de veredeling van bolgewassen. Door het verbeteren van de weerbaarheid van de planten kan het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen sterk worden verminderd. We stimuleren andere kwekers om ook over te stappen op buitenteelt. Hierdoor worden amaryllissen niet alleen betaalbaarder voor consumenten, maar kunnen ze ook in de Nederlandse tuin worden geplant. Ze zijn immers bestand tegen de kou. Hoewel bloemen soms als niet-duurzaam worden gezien, ben ik ervan overtuigd dat de meeste consumenten nu en in de toekomst blijven genieten van een mooi boeket.’