16 JAN, 2025 • Achtergrond
Is Made in Europe het antwoord op goedkope Chinese producten?
De Europese industrie heeft het moeilijk. En er is nog veel geld nodig voor de transitie naar een duurzamere economie. Bedrijven wíllen wel investeren in groene innovatie in Europa, maar aarzelen, omdat het ontbreekt aan klanten voor die schonere producten. Hoe doorbreken we dat? Door een Europese afzetmarkt te creëren.
In december hebben meer dan zestig brancheverenigingen en industriële bedrijven een oproep gedaan aan Eurocommissaris Wopke Hoekstra om de vraag naar Europese producten te stimuleren. De boodschap achter deze zogenaamde Call for Demand Creation is duidelijk: zonder structurele maatregelen dreigt de Europese industrie verder weg te zakken, en halen we onze duurzaamheidsdoelen absoluut niet.
Hoe stimuleren we die vraag? Moeten we straks allemaal verplicht Made in Europe-producten gaan kopen? Geen zorgen, van zo’n verplichting is geen sprake. De ondertekenaars pleiten voor een zogenaamde bijmengverplichting: in alle producten die in Europa worden verkocht, moet verplicht een bepaald percentage duurzame grondstoffen zitten.
Duurzamere producten
Jeroen Verhoeven van Neste, producent van hernieuwbare brandstoffen en grondstoffen voor de chemische industrie en één van de ondertekenaars van de oproep aan Hoekstra, legt uit waarom dat nodig is. ‘Met zo’n bijmengverplichting creëer je een businessmodel voor duurzamere Europese producten. We moeten met zijn allen vergroenen, daar is geen discussie over. Nu is het zo dat er enorme investeringen nodig zijn voor fabrieken om duurzamere alternatieven te produceren. We hebben het dan over honderden miljoenen, en zelfs miljarden euro’s. Neste bouwt bijvoorbeeld een tweede bioraffinaderij in Rotterdam, een investering van 2,5 miljard euro. De duurzamere producten van die bedrijven zijn mede daardoor duurder.’
Het probleem is dat er enorme toestroom is van goedkopere, minder duurzame producten, met name uit China. In de praktijk kiezen consumenten voor het goedkopere alternatief. Dat betekent dat Europese producenten hun duurzamere producten niet kwijtraken, en hun investeringen niet kunnen terugverdienen. Het gevolg? Europese bedrijven doen die investeringen helemaal niet. Het is een eindeloze spiraal van uitgestelde verduurzaming.
Biobrandstoffen
Hoe kan een bijmengverplichting helpen? ‘Zo’n verplichting garandeert Europese producenten een bepaalde afzet’, legt Verhoeven uit. ‘Daardoor wordt het mogelijk om te investeren in verduurzaming. Er is al jarenlang een bijmengverplichting voor brandstoffen. Brandstofleveranciers in het wegtransport moeten jaarlijks een toenemend percentage biobrandstoffen bijmengen. Dat percentage begon laag, maar loopt steeds verder op.’
Dat is een groot succes gebleken. De vraag naar biobrandstoffen steeg hard, en dat heeft ervoor gezorgd dat er veel geld vrijkwam voor de ontwikkeling en opschaling ervan. Verhoeven: ‘De bedrijven hadden ineens een aanleiding om in innovatieve technologie te investeren. Die reguleringen hebben goed gewerkt voor economie, industrie, en voor het klimaat.’
Dat moeten we ook voor andere sectoren doen. Dus: elke rol staal die bij Tata Steel van de band rolt moet een verplicht percentage groen staal bevatten, en in alle plastic producten moet een verplichte hoeveelheid gerecycled plastic zitten. Zo geef je de Tata Steels van deze wereld een extra reden om te verduurzamen, help je plasticrecyclaars het hoofd boven water te houden, én zorg je ervoor dat onze CO2-uitstoot daalt.
Ramp voor de economie
Duurzamere Europese producten zijn dus prijziger dan het minder-duurzame Chinese alternatief. Bij wie komen die kosten te liggen? ‘Het eerlijke antwoord is: uiteindelijk bij de consument. Maar eigenlijk moeten we het hebben over waar de kosten komen te liggen als we niks doen en hoe hoog die kosten dan zijn’, vindt Verhoeven. ‘Zonder maatregelen vertrekt onze industrie naar andere delen van de wereld. Dan raken we duizenden banen en miljarden aan belastinginkomsten kwijt. Dat zou een ramp zijn voor de economie.’
En dan hebben we het nog niet eens over de kosten van klimaatschade. ‘Neem de overstromingen in Valkenburg, een paar jaar geleden. Dat was een indirect gevolg van klimaatverandering. Wie draaide voor die kosten op? Soms de verzekeraar, maar meestal de slachtoffers zelf. En zeker niet de mensen die deze klimaatschade indirect veroorzaakt hebben.’ Daar moet iets in veranderen, vindt Verhoeven. ‘Als we nu vol inzetten op duurzamere Europese productie, dan betalen consumenten misschien tijdelijk een paar cent op een euro meer. Maar die prijs daalt altijd weer naarmate er meer investeringen komen. En misschien leidt het tot een beetje gedragsverandering, en kiest het winkelend publiek voor duurzamere producten en laten ze het plastic tasje liggen. We moeten onthouden dat de prijs van niks doen altijd hoger gaat zijn.’
Hoe slecht gaat het met de Europese industrie? De Europese industrie bevindt zich in zwaar weer. De kranten staan er vol mee. Zo stelde staalproducent ArcelorMittal een investering van meer dan 1 miljard euro in de productie van groen staal uit. De Zweedse batterijenbouwer Northvolt moest het afleggen tegen Chinese concurrenten en vroeg uitstel van betalingen aan. In Duitsland ging een schokgolf door het land toen industriële iconen als Volkswagen, Bosch en ThyssenKurpp aankondigden duizenden banen te schrappen. De reden? De alsmaar dalende verkoopcijfers. Ook in Nederland zijn de voorbeelden talrijk. Zinkproducent Nyrstar legde haar fabriek in Budel stil omdat de energieprijzen te hoog waren. Tata Steel moet bezuinigen, en kon haar medewerkers geen kerstpakket aanbieden. En maar liefst zeven Nederlandse plasticrecyclaars vroegen afgelopen jaar faillissement aan. Ze konden met hun duurdere, gerecycled plastic niet opboksen tegen de overvloed aan goedkoop virgin plastic, met name uit China.
Waarom is dat een probleem? De afgelopen decennia speelden Europese bedrijven een voorlopersrol in de ontwikkeling van innovatieve, duurzame technologieën. De investeringen die daarvoor nodig zijn drogen op, net nu de overgang naar een circulaire economie eraan zit te komen. Bedrijven zien hun afzet in Europa dalen, en twijfelen of ze nieuwe groene investeringen nog wel terug gaan zien. Mochten bedrijven die wil om te investeren niet terugvinden, dan dreigt een exodus van ondernemingen uit Europa. Een massavertrek zou niet alleen ten koste gaan van duizenden banen en een groot deel van het Europees bnp, maar zou ook desastreus zijn voor het klimaat. Chinese en Amerikaanse concurrenten bekommeren zich minder om de planeet. De landen vormen nu al de top twee grootste uitstoters ter wereld. Niets wijst erop dat die uitstoot te komende jaren flink zal dalen. Zeker niet als bedrijven hun productie weghalen uit Europa, en verplaatsen naar China of de VS. Europa kán het goede, groene voorbeeld zijn tussen deze twee reusachtige uitstoters. Maar dan moeten bedrijven hier wel een toekomst zien.
Clean Industrial Deal: behoud en verduurzaming industrie Bedrijven in Europa hebben steeds meer moeite om te concurreren met ondernemingen uit de Verenigde Staten en China. Mede daarom stellen bedrijven investeringen voor verduurzaming uit of verplaatsen zij hun productie. Om dit tij te keren, werkt de Europese Commissie aan de Clean Industrial Deal – een meerjarig plan om de industrie te versterken door versneld te verduurzamen en zo weer concurrerend te maken. Volgens VNO-NCW is er allereerst een oplossing nodig voor de hoge energieprijzen in Europa. Elektriciteit is hier twee tot drie keer duurder dan in de VS. Versnelde investeringen in wind-, zonne- en kernenergie kunnen prijzen weer concurrerend maken. Nederland dient zelf ook de verschillen met buurlanden te verkleinen, bijvoorbeeld door steunmaatregelen die andere landen toepassen ook in Nederland in te voeren. Ook is het belangrijk de marktvraag naar duurzame producten te stimuleren en te investeren in installaties en fabrieken voor het maken van groene brand- en grondstoffen. Hoe de Clean Industrial Deal er precies uit gaat zien, wordt op 26 februari bekend. Voorzitter van de Europese Commissie, Von der Leyen, heeft al laten weten dat de focus in het plan komt te liggen op het vervoer en opslag van groene energie.
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Handig: de wekelijkse Forum-alert